Getuigen van het kruis
Christus leren volgen samen met bekeerlingen
door Willem van der Deijl, medewerker Evangelie & Moslims
In deze weken voor Goede Vrijdag leven we met aandacht voor het kruis van Christus. Voor moslims is dat kruis een groot obstakel. Voor hen die tot geloof kwamen is het kruis verlossend nieuws, maar zij leren ook wat het betekent om zelf een kruis te dragen. Dat kan confronterend zijn voor ons die naast hen staan. Hoe kunnen we samen met hen de betekenis van het kruis beter leren begrijpen?
Mooi én moeilijk
Een Turkse zus in het geloof sprak over haar bekering deze woorden: ‘Jezus volgen is de moeilijkste weg die ik ooit heb moeten nemen, maar het is tegelijk de mooiste weg!’ Is het leven als christen inderdaad moeilijk, of juist niet? Moslims hebben het vooroordeel dat het christelijk geloof juist een gemakkelijke weg is, omdat een christen leeft van genade en vergeving. In hun ogen is dat gemakzuchtig. Moslims die tot geloof komen, komen onder de indruk van die overweldigende genade van Jezus en ervaren dat het inderdaad de mooiste weg is. De genade die Christus ons vrij aanbiedt is door Hem duur betaald. Maar dat betekent niet dat het dus voor ieder die Hem gaat volgen een gemakkelijke weg is. De Here Jezus zelf sprak over zelfverloochening, haat, vervolging, kruisdragen en het verliezen van je leven voor ieder die Hem volgt. Dietrich Bonhoeffer zei over die genade, dat die God het leven van zijn Zoon gekost heeft en dat voor ons niet goedkoop kan zijn, wat voor God duur is. Kostbaar is die genade, zei hij, omdat ze de mens het leven kost; genade is ze, omdat ze hem pas zo het leven schenkt. In dit artikel onderzoeken we hoe de duurbetaalde weg van het kruis inderdaad een mooie én moeilijke weg is, zowel voor moslims en voor hen die uit de islam tot geloof kwamen, alsook voor ieder van ons die als christen geroepen is om Christus na te volgen. Mooi én moeilijk, dat is de paradox van het evangelie.
Het kruis voor moslims
Het is niet ingewikkeld om met moslims te spreken over het kerstverhaal. Ook de Koran spreekt over Jezus’ geboorte. Het is veel moeilijker om te spreken over Jezus’ kruisdood, omdat deze door de Koran ontkend wordt. Het lijden van Christus is volgens de islam onnodig (ieder mens is zelf verantwoordelijk tegenover God) en oneervol (zo kan een profeet van God niet aan zijn einde komen). Hier scheidt de weg van de islam zich radicaal van de weg die het evangelie wijst. Als dit zo gevoelig ligt voor moslims, moeten we er dan maar over zwijgen en de confrontatie vermijden? Integendeel, juist de dwaasheid en de zwakheid van het kruis laten de grootheid zien van Gods verlossingsweg. Als de islam die lijdensweg ontkent is ze niet bedacht op de dingen van God maar op die van mensen (Matteüs 16:23). Ons getuigenis naar moslims mag zijn dat ook voor God Zelf geldt dat de duurbetaalde weg de mooiste weg is, de weg van zelfopofferende liefde die leidde naar het kruis en door de dood heen naar de overwinning van Pasen.
Het kruis voor hen die zich bekeren
Welke plek heeft lijden in het leven van hen die tot geloof kwamen? We moeten allereerst beseffen dat mensen met een migratieachtergrond vaak al veel lijden in hun leven hebben meegemaakt. Migratie is moeilijk, familierelaties zijn vaak verstoord, en velen hebben ook ervaring met de trauma’s van oorlog, onrecht en vluchten. Daarbovenop hebben velen van hen de islam ervaren als een zwaar juk. Christus belooft zulke vermoeide en belaste mensen rust. Juist die geweldige uitnodiging van Jezus in Matteüs 11:28-30 (‘Kom tot Mij…’) spreekt veel moslims aan om hun hoop op Hem te stellen.
Soms verwachten ze dat met het aannemen van Jezus als Redder alle problemen zullen verdwijnen. Toch blijkt het leven als christen vaak wel mooi te zijn maar helemaal niet makkelijk. Integendeel, als je kiest voor het volgen van Jezus kies je voor het moeilijke leven. In hetzelfde Matteüs-evangelie waarschuwt de Here Jezus meermalen dat je je leven alleen kan behouden door het te verliezen (Matt.10:39; 16:25). Hoe meer je op Jezus lijkt, hoe meer het je zal kosten. Wie Jezus volgt loopt in de voetsporen van Hem die vervolgd werd (1 Petrus 2:21). Voor bekeerlingen is dat kruisdragen vaak heel concreet: ze worden geslagen, uitgescholden of onder druk gezet. Relaties met geliefden worden verbroken. We moeten proberen te begrijpen hoe sterk een bekeerling zijn of haar familie kan missen. Als je familie je sociaal ‘dood’ verklaart is dat bijna letterlijk ‘je leven verliezen’. Voor veel Nederlanders is maar moeilijk aan te voelen hoe pijnlijk het is om zo je eer te verliezen. Iemand uit een islamitische cultuur verliest misschien wel liever zijn leven dan zijn eer. En er is nog een ander aspect van kruisdragen voor bekeerde moslims dat we over het hoofd zien: vaak krijgen ze niet alleen te maken met menselijke machten die hen vasthouden maar ook met geestelijke machten die hen de vrijheid van Christus willen onthouden.
Nieuwe gelovigen hebben bijzondere kracht nodig om Jezus te volgen op die mooie, moeilijke weg. Om te leren steeds weer in Jezus’ voetsporen te gaan, een weg van zelfopofferende liefde die leidt naar het kruis, een weg waar het kwaad wordt overwonnen door het goede. Om te leren vergeven, terwijl ze vanuit hun achtergrond gewend waren om te kiezen voor wraak en vervloeking. Als je goed luistert naar Turkse en Arabische christelijke liederen, hoor je dat veel liederen juist daarover gaan: over overwinning in strijd en moeilijkheden. Nieuwe gelovigen die zo aan het leren zijn hoe ze in de voetsporen van Jezus kunnen lopen, hebben broers en zussen nodig die met hen mee zoeken naar wijsheid, die praktische en pastorale aandacht hebben voor hun lijden, en die bidden om genezing van hun pijn. Die met hen mee zoeken naar wijsheid om enthousiast en zonder angst van Jezus te getuigen maar tegelijk de relaties met hun vrienden en familie te koesteren. Dat vraagt om samen Bijbellezen en bidden.
Nieuwe gelovigen verwachten soms dat hun bekering het einde is van hun problemen. Als God verlost, dan moet het leven wel gemakkelijker worden. Maar bij de navolging van Christus hoort ook de les dat we nog steeds in een zondige realiteit leven. Ons karakter is niet opeens veranderd, onze omstandigheden ook niet, en de kerk bestaat bepaald niet uit perfecte mensen. De macht van het kwaad is pas voorbij als Gods nieuwe schepping komt. Leren volharden en omgaan met teleurstelling zijn belangrijk.
Het kruis voor onszelf
Als wij naast nieuwe gelovigen staan in hun kruisdragen, is de vraag wat wij hen te bieden hebben. Hebben wij wel recht van spreken als we zelf ons christen-zijn ervaren als gemakkelijk? Wat betekent ‘je kruis dragen’ dan? Herkennen we in ons eigen leven ook dat de mooiste weg het moeilijkste is? Ook als wij niet gediscrimineerd worden of onder verbroken relaties lijden om ons geloof, gelden toch ook voor ons dezelfde radicale woorden van Jezus: alleen wie zijn leven verliest zal het behouden. Leven wij als mensen die hun leven hebben verloren aan Christus, met Hem gekruisigd zijn (Galaten 2:19)? Beseffen we dat we niet onszelf maar Hem toebehoren? Alleen dan kunnen we echt naast onze broers en zussen staan die alles hebben opgegeven voor hun Heer. Het leven met nieuwe gelovigen houdt ons zo een spiegel voor: wat betekent het kruis van Christus voor onszelf, als Hij heeft geleden omwille van ons, en ons daarmee een voorbeeld heeft gegeven (1 Petrus 2:21)? Als gelovigen met moslimachtergrond hun ‘leven verliezen’ om Christus te delen met hun familie, welke prijs zijn wij dan bereid te betalen om Hem te delen met de mensen om ons heen? Hoeveel toewijding in tijd en energie, in gastvrijheid en dienstbaarheid, mag de gehoorzaamheid aan God ons kosten?
Het kruis en onze missie
Zijn we als missionaire kerk voorbereid op weerstand? In ons land wonen mensen uit landen als Marokko, Turkije, Afghanistan, Iran, Somalië en Jemen. Als zij christen worden behoren ze vaak tot de eerste generatie van de kerk. Die stap is extra moeilijk. Als doorsnee Nederlandse kerk zijn we dus onderdeel van pionierszending, gewoon in onze eigen woonplaats. Zulke zending vraagt altijd om offerbereidheid: zelfopoffering van zowel de boodschapper als van de mensen die tot geloof komen en daarvoor een prijs betalen. Als je daar als getuigend christen voor terugschrikt doe je afbreuk aan je boodschap. ‘Zendelingen hebben ons aangeleerd om bang te zijn’, werd opgemerkt in een onderzoek onder nieuwe gelovigen in islamitische landen. Zijn we als westerse christenen misschien te verwend om offers te brengen? Als je als boodschapper van het evangelie bereid bent om mee te lijden met nieuwe gelovigen geeft dat geloofwaardigheid aan de boodschapper én aan de boodschap. Juist het offer dat wij brengen laat andere mensen zien hoe kostbaar Jezus en zijn genade voor ons zijn. Samen met nieuwe christenen leren we deze Bijbelse waarheid: ‘Wij moeten delen in zijn lijden om met Hem te kunnen delen in Gods luister’ (Romeinen 8:17). Zo leren we dat de moeilijkste weg ook voor ons de mooiste weg is.
Dit artikel verscheen in ons kwartaalblad Orientatie (nummer 154, maart 2024)
Lees meer artikelen uit Oriëntatie online en/of meld u aan om het blad 4x per jaar gratis thuis te ontvangen.