Spring naar content

Samen groeien in Krimpen

Publicatiedatum: 9 september 2022

Een feestelijke pinksterdienst zondag 5 juni vormde de start van de pioniersplek voor Arabischtaligen Bayt al Noer (Huis van licht) in Krimpen a/d IJssel, waarbij een Marokkaanse evangeliste werd bevestigd. Een viertal pioniers, Jan van Velzen, Henk van der Sijden, Liesbeth Verhoeven en Hermine van der Weijde vertellen wat eraan vooraf ging.

Het project heeft een lange aanloop gehad. In januari 2019 begon het team met regelmatige vieringen op vrijdagavond om de 2 weken. De voorbereidingen daarvan waren al een half jaar eerder gestart. Maar eigenlijk nog veel eerder.

Hoe is dit project begonnen en zijn jullie een team geworden?  

Henk: Tien jaar geleden hebben we hier in Krimpen een inloophuis opgezet. Koffie, aandacht, een gesprek. Verschillende kerkelijke diaconieën deden daaraan mee. Dat liep best goed. En toen, in 2015, kwamen er in korte tijd heel veel Syrische asielzoekers naar Nederland, ook naar Krimpen.

Jan: Ik was toen al als vrijwilliger betrokken bij de opvang van vluchtelingen door de gemeente Krimpen. De Syriërs zouden aanvankelijk kort blijven, zes weken lang in een gymzaal. Daarna zouden ze weer overgeplaatst worden naar andere locaties in Nederland. De diverse kerken in onze plaats nodigden deze mensen uit naar de kerkdiensten en maakten ook op andere manieren contact.

Alle vrijwilligersorganisaties van Krimpen hebben zich destijds tot de burgerlijke gemeente gewend met de vraag of de Syrische vluchtelingen niet in Krimpen konden blijven. Voor die gastvrijheid was bij het gemeentebestuur ook al een voedingsbodem. En zo nodigde de gemeente hen uit om in Krimpen te blijven wonen. Voor de Syriërs betekende dit aanbod een aantal minder verhuizingen en minder onzekerheid, en ook belangrijk, zo konden de contacten met de mensen van de Krimpense kerken gecontinueerd worden. Een heel goede actie van het gemeentebestuur dus.

Henk: Het werk van het inloophuis was tot dan toe weinig ‘geestelijk’, het was vooral diaconaal van aard. Nu, met al die blijvende aanloop van asielzoekers, zowel christenen als moslims, vonden we dat het wat dieper moest gaan. We zochten ernaar hoe dat te realiseren.

Liesbeth: In Leerdam, de vorige gemeente waar mijn man predikant was, zijn we betrokken geweest bij de start van de pioniersplek daar. Toen we in 2018 naar Krimpen kwamen, vroegen Jan en Henk mij om mee te denken over het opzetten van vieringen voor Arabischtaligen hier. Ik vond het mooi daarbij aan te haken.

Henk: Jan, Liesbeth en ik zijn alle drie gemeentelid van de Hervormde Rehobothkerk/Sionskerk en vanuit die gemeente vormden we dus een kernteam. Daarbij kwam ook Tide Buist, lid van de GKv hier in Krimpen. Tide was en is enorm betrokken bij het project, en het is ook mooi dat er via hem een interkerkelijke samenwerking is. Dat mag nog wel verder groeien en daar staan we open voor.

Hermine: Ik was ook al langer betrokken geweest bij het inloophuis als vrijwilliger. Toen ik hoorde dat er Arabische vieringen plaatsvonden, ben ik daar vrijwilliger geworden en nu zit ik in het kernteam. Ik wilde graag meer leren over de leefwereld van moslims en leren hoe ik met hen over het evangelie kon spreken. Een Insjallah-cursus van Evangelie & Moslims heeft me daarbij goed geholpen.

In het contact met Syriërs en andere Arabieren liepen jullie vermoedelijk tegen taalproblemen aan?

Henk: Dat klopt! De meeste Syriërs konden zich met Engels wel wat redden, en hun Nederlands werd steeds beter door de inburgering. Maar toch, om wat diepgaander contact te kunnen hebben en over het geloof te kunnen spreken, merkten we gaandeweg dat we behoefte hadden aan een Arabische christen.

Liesbeth: Door het werk in Leerdam hadden wij al goed contact met Evangelie & Moslims, dus dat lijntje was snel gelegd. Haithm, medewerker van Evangelie & Moslims, was direct beschikbaar en bereid om te komen helpen.

Jan: Vanaf toen was Haithm doorgaans de leider van de samenkomsten. Hij voelt de groep goed aan en krijgt heel makkelijk een goed contact met de mensen. Ook andere Arabischtalige sprekers gaan bij ons voor als predikant of Bijbelstudieleider, zoals evangelist Rakaan uit Leerdam en Walid Al-Asa’ad (de voorganger van ICF Oase in Amersfoort, red.) Daarnaast preken ook de plaatselijke predikanten af en toe. Zij worden dan vertaald naar het Arabisch.

Hoe is de groep mensen die naar de bijeenkomsten komt?

Jan: Heel divers. Een aantal is van huis uit al christen, er zijn immers oude en ook behoorlijk grote kerken in het Midden-Oosten. Onder de Syrische vluchtelingen en anderen uit die regio zijn best veel christenen. Er komen ook moslims. Sommigen komen maar één keer of enkele keren, anderen komen heel trouw. En er zijn ook christenen die vroeger moslim waren.

Hermine: De aandacht die de mensen hebben om het Woord van God te horen. Ze zijn er intens bij betrokken en reageren op het evangelie. Dat heeft me heel erg geraakt.

Henk: We zijn natuurlijk altijd blij als er weer nieuwe mensen komen, en dat gebeurt regelmatig. Er kwam bijvoorbeeld een jonge moslimman. Na de eerst keer nam hij drie anderen mee. Ze waren geïnteresseerd, ontvankelijk, en zijn een aantal keer blijven komen.

Liesbeth: Eén moslimman komt altijd en luistert goed. Soms komt zijn vrouw ook mee. We weten niet precies wat het Woord bij mensen teweegbrengt maar het zal doen wat God behaagt, het heeft kracht. Er zijn ook wel heel moeilijke situaties bij mensen. Dan is het bijzonder om te horen dat mensen de bijeenkomsten ervaren als een oase van rust. Ze luisteren naar de woorden uit de Bijbel, en persoonlijke zorgen en noden worden gedeeld en in gebed bij God gebracht.

Jan: We sluiten altijd af met een gezamenlijk ‘Onze Vader’. Dat is voor hen een betekenisvol ritueel. Ik ben verrast over de eenvoud van het geloof van deze mensen, en dat de boodschap echt raakt. Dat lijkt immers niet altijd het geval te zijn in onze gewone Nederlandse kerken…

Waar krijg je in dit werk zoal mee te maken?

Henk: Er zijn regelmatig diaconale noden onder de bezoekers van de bijeenkomsten. Dat ligt vaak gevoelig, maar in ieder geval wordt het wel gedeeld met ons. Soms hebben we daardoor mensen kunnen helpen met heel praktisch noden. We hebben bijvoorbeeld wel eens sommigen geholpen om werk te vinden. Enkele gezinnen krijgen diaconale ondersteuning vanuit de kerk.

Liesbeth: Ook merken we dat er meer pastoraat nodig is, en ook daarbij is Arabischtalige ondersteuning essentieel. Het blijft nou eenmaal de taal van het hart voor de mensen. Daarom zijn we ook heel erg blij dat Meryem op de eerste Pinksterdag in de Rehobothkerk bevestigd is als evangelist voor Bayt al Noer. Zij en haar man Alaa waren al langer met ons verbonden in de rol van zangeres en muzikant. Dat doen ze prachtig, hun muziek en zang raakt de mensen in het hart. Hun persoonlijk verhaal is ook bijzonder. Alaa is Syrier, Meryem is Marokkaanse, beiden komen uit een moslimfamilie en werden christen. Veel gemeenteleden en Arabischtalige bezoekers van de bevestigingsdienst waren erg onder de indruk van het getuigenis dat Meryem gaf.

Wat hebben jullie geleerd en hoe zie je graag dat het werk zich ontwikkelt?

Liesbeth: Ik heb geleerd dat trouw betonen in de contacten heel belangrijk is. Dat was tijdens de corona beperkingen wel extra lastig, maar het kon. Stug blijven opzoeken, liefhebben en dienen, ook in praktische dingen, opbouwen en versterken van de gemeenschap en het familiegevoel.

Henk: Ja, die gemeenschapsvorming is heel belangrijk. De mensen die komen hebben een verschillende achtergrond, als moslim en als christen. Tussen die groepen zijn wel wat onderlinge contacten, maar dat vertrouwen moet nog wel verder groeien. Om de onderlinge band te versterken beginnen we binnenkort met maaltijden op zaterdagmiddag. Ook willen we een vrouwengroep gaan opzetten.

Hermine: Mijn houding naar Arabischsprekende mensen is door dit werk helemaal veranderd. Eerst was ik erg aarzelend in het zoeken van contact. Dat was vooral onbekendheid met hen. Ik sta er nu veel positiever in, ik stap gewoon op de mensen af, en dat vinden ze altijd leuk!

Jan: We moeten altijd goed voor ogen houden wat de behoefte van mensen is. Daar kun je en daar moet je bij aansluiten. 

Henk: We houden ook contact met de mensen van Evangelie & Moslims. Ds. Cees Rentier heeft natuurlijk veel ervaring met dit soort initiatieven. Hij wees ons bijvoorbeeld op de kinderen. Hun leven ontwikkelt zich hier in Nederland anders dan dat van hun ouders. Hoe houden we hen erbij? Over zoiets moet je wel tijdig nadenken.

Liesbeth: Als mens voel je je klein onder dit werk. Wij kunnen het niet ‘maken’. Toch gebeuren er prachtige dingen. God verrast. Hij werkt!

Haithm is vanuit Evangelie & Moslims betrokken bij het pionierswerk in Krimpen. Hij kent de mensen goed. Wat vindt hij ervan? ‘Ik ben dankbaar met wat er in Krimpen gebeurt. Het is een redelijk stabiele groep en er zijn geen nare discussies tussen moslims en christenen. Ik zie de mensen langzaam veranderen, groeien. Het kernteam doet ’t goed en de Rehobothkerk is gastvrij. Leuk vind ik ook dat alle bezoekers hebben meegedacht over de gekozen naam Bayt al Noer.’

Pag 8-10 Logo_Huis_van_Licht___Bayt_al_Noer
Scroll naar boven